De civiele kamer van het Hof Den Bosch heeft in een uitspraak van 26 augustus het hoger beroep van een 90-jarige dame tegen een vordering van de Belastingdienst om op straffe van een dwangsom inlichtingen te verstrekken over haar vermeende bankrekening bij KB-Lux ongegrond verklaard.
Zeer opmerkelijk in deze zaak is dat nog steeds niet onomstotelijk vaststaat dat deze (inmiddels) 90-jarige dame rekeninghoudster is of is geweest van bankrekening bij KB-Lux! Belanghebbende ontkent rekeninghoudster te zijn of te zijn geweest maar het Hof komt in zijn uitspraak tot de verrassende (lees: verbazingwekkende) conclusie dat er van uit gegaan mag worden dat deze dame opzettelijk onjuiste informatie heeft verschaft over aan haar toebehorende banksaldi bij KB-Lux.
In de uitspraak worden alle grieven van de advocaat van belanghebbende van tafel geveegd. Daarentegen wordt de eis van de Staat om de maximale hoogte van te verbeuren dwangsommen te verhogen van € 100.000 naar € 500.000 toegewezen omdat, aldus het Hof, belanghebbende het vermoeden dat zij een rekening bij KB-lux aanhield niet kan weerleggen.
In het voorjaar van 2013 kondigde de Staatssecretaris van Financiën aan dat hij vermeende zwartspaarders (notoir ontkennende KB-Lux’ers) middels een civielrechtelijk Kort Geding zou gaan dagvaarden. Het doel hiervan was om deze zwartspaarders, onder druk van een hoge dwangsom, te dwingen informatie te verstrekken met betrekking tot hun bankrekening (en mogelijke beleggingen) bij KB-Lux.
ProceD kan in beginsel wel sympathie opbrengen voor dit besluit van de Staatssecretaris. Veel minder is zij echter te spreken over de wijze van aanpak van deze vermeende zwartspaarders. Gaandeweg wordt steeds meer duidelijk dat de Belastingdienst in “dit project” aan grensverkenning doet. Daarmee dient een behoorlijk handelende overheid zich niet mee in te laten.
Dat de Belastingdienst daarbij niet wordt teruggefloten door de rechters is wellicht nog schokkender. Ook in de uitspraak van 26 augustus van het Hof Den Bosch wordt de Belastingdienst ruim baan gegeven. Een aantal vragen komen dan toch op. Waarom wordt toegestaan dat de Belastingdienst aan grensverlegging doet? Waarom fluit het Hof de Belastingdienst op geen enkele wijze terug? Waarom zat er geen fiscalist in het Hof? Het betreft toch feitelijk een puur fiscaal geschil.
ProceD gaat er vanuit dat deze strijdlustige dame het niet bij deze uitspraak laat zitten en beroep in cassatie zal instellen. Het woord is dan aan de Hoge Raad. Reikhalzend wordt uitgekeken naar het arrest van ons hoogste rechtsorgaan.